Een Zwijgend Verbond

De Briefwisseling – de LP van de Literatuur

ism: SLAA

door Vincent van Velsen

Schrijvers schrijven brieven aan elkaar. Een handeling die een logisch gevolg is van hun occupatie. Peter Sloterdijk gaf in zijn openingslezing al aan dat boeken dikke brieven aan vrienden zijn. Er zijn vele briefwisselingen tussen bekende schrijvers in boekvorm gepubliceerd, zodat men kan spreken van een literaire traditie. Dezer dagen schijnt die weer terug te keren, zoals de LP in de muziekwereld. Het handschrift, de intimiteit en de rust die de brief – in tegenstelling tot de e-mail – behelst, was uitgangspunt van de avond georganiseerd door de SLAA.

Na de introductie van het onderwerp door moderator Jeroen van Kan lazen Christine Otten en Asis Aynan elkaar hun brieven voor. Hun vriendschap is pril en de brieven vormen het begin van een diepere kennismaking die voortgaat op enkele eerdere ontmoetingen. De basis van hun verbinding werd door Christine Otten gelegd in hun overeenkomstige achtergrond: los van hun etnische verschillen hebben beiden een opwaartse sociale mobiliteit ondergaan. Otten voelt zich als een immigrant tussen de ‘Oud-Zuid schrijvers’, een gevoel dat ze denkt te delen met Asis Aynan. Ze schreef een boek over The Last Poets, het New Yorkse collectief van dichters met wortels in de Afro-Amerikaanse burgerrechten beweging uit de jaren ’60. Ook met hen deelde ze overeenkomstige levenservaringen, zoals bij de relatie met haar vader. Ook Aynan vertelde over de relatie met zijn vader en de ongeletterde, orale traditie waarin hij opgroeide. Otten hoorde dit voor het eerst, omdat Aynan’s antwoord op haar brief deze avond voor het eerst kenbaar werd gemaakt. Daarnaast ging Aynan in op de ‘strijd’ van de tweede generatie Marokkaanse immigranten die leven met de druk van het succesvol moeten zijn terwijl zij tussen twee werelden in leven, met een fluïde definitie van identiteit, voor een groot deel geprojecteerd door anderen als last op hun schouders. Aynan heeft de capaciteiten hier goed mee om te gaan en anderen hierover te informeren door middel van zijn boeken en docentschap. Niettemin ondervroeg hij of de gemene deler die basis van de nieuwe vriendschap zou moeten vormen – hun gelijke achtergrond en overeenkomstige levensloop – wel echt aanwezig was, en of deze daadwerkelijk genoeg overeenkomsten vertoonde. Deze vraag zal als basis dienen voor het antwoord van Christine Otten. Deze briefwisseling kan in een vriendschap resulteren, maar ook zeker op korte termijn aan zijn einde komen.

Een vriendschap die zich al in een stabiele fase bevindt is die tussen Rob Waumans en Ivo Victoria. De twee schrijvers werken al een tijd samen, maar spreken elkaar ook veelvuldig in de privésfeer. Hun gedeelde interesses en het feit dat ze zich grofweg in dezelfde fase van hun schrijverscarrière bevinden is hun binding. Literatuur, familie en voetbal – in deze volgorde – vormen de pijlers van hun vriendschap en van hun uitgeprinte – niet met de hand geschreven – brieven. Ook in hun gesprek kwam de relatie met hun ouders aan bod. Andere onderwerpen waren hun eigen ouderschap en het ouder worden. Saillant detail was de grote hoeveelheid overeenkomsten van hun onderwerpen en de zaken die hen bezig houden. De binding en vriendschap was alleen hieruit al duidelijk af te leiden. In het korte gesprek met Jeroen van Kan dat op hun voorleesbeurt volgde, waren zij het eigenlijk altijd wel met elkaar eens, behalve over voetbal: Ajax en PSV zijn nou eenmaal niet te verenigen.

De laatste spreker was alleen. Maar de schrijver, dichter en criticus Rob Schouten kan het goed zonder vrienden af. Hij begon met een anekdote over het interview dat Matthijs van Nieuwkerk met hem hield in de vroege jaren ’90. Schouten had toen net een aanstelling aan de VU, waar hij les gaf in literaire kritiek. De jonge Van Nieuwkerk eiste dat Schouten zich negatief positioneerde tegenover de vriendschappen tussen critici en schrijvers; dit zou volgens Van Nieuwkerk de kritiek niet ten goede komen. Des te interessanter dat met het oog op de dagelijkse publieke Tell-Sell voor zijn vrienden, Van Nieuwkerk ooit wel waarde hechtte aan objectieve, goede en autonome journalistiek. Schouten stelde tijdens de avond dat kennis van een persoon ook kan leiden tot een betere analyse van een werk en de betekenis die er in besloten ligt. De criticus hoeft niet in ballingschap te leven om goede kritieken te kunnen schrijven. Was er vroeger het café, nu is er Facebook. Hierdoor is het contact met iedereen uit de literaire scene dichterbij dan ooit. Met slechts een enkele muisklik zijn alle familiefoto’s en statusupdates te zien en weet je wat iemand beweegt. Dit heeft invloed op de kritische blik, hoewel Schouten niet helemaal kan duiden in welke mate precies. Zijn overdenkingen nam hij mee in de laatste discussie, waar alle voorgaande sprekers bij elkaar zaten om over het onderwerp na te spreken. Dit verwerd helaas in een gesprek over de omgang met Facebook, en ging verder niet serieus in op literaire vriendschappen en briefwisselingen.

De avond was aangenaam en gemoedelijk; zoals dat bij vrienden gaat. Hier en daar verviel het tot een intra-referentieel gesprek tussen vrienden, maar het was mooi te horen hoe er weer de tijd genomen wordt om een serieus geschreven gesprek aan te gaan en onderwerpen in diepte te beroeren die niet zo snel tijdens de koffie aan bod komen. Rust en diepgang belichaamt door een oud fenomeen dat aan een comeback bezig is: de briefwisseling.

28 mei 2013 – De Balie