SELECTED 2015

Exhibition

SELECTED 2015Beeldmerk

2-16 October 2015

Vernissage Friday 2 October, 17hrs Open Tuesday – Sunday 14-18 hrs

Gerrit Rietveld Academie Awards. With: Juan De Porras-Isla & Wouter Paijmans (Fine Arts), Ticho Brouwers (Fine Arts), Mie Frederikke Fischer Christensen & Margaux Parillaud (VAV), Sophie Hardeman (Fashion), Laura Klinkenberg (Jewellery), Émilie Ferrat & François Girard-Meunier (Graphic Design), Marko Bakovic (designLAB),Baha Görkem Yalim (VAV (Audiovisual), Florian Mauersberger (VAV (Audiovisual), Celina Yavelow (Graphic Design).

klik hier  voor foto’s van de zondag SALON:

Rietveld Observations

Rietveld Observations

18 juni 2013 – door: Vincent van Velsen

Gedurende My Friend. My Enemy. My Society. hebben twee studenten van de Gerrit Rietveld Academie de verschillende evenementen, lezingen en andere bijeenkomsten bezocht. Sven van Asten en Andrea di Serego Alighieri, beiden laatste jaars grafisch ontwerp, presenteerden hun bevindingen op 18 juni onder de titel Rietveld Observations. Deze avond toonden zij een zestal posters die de manifestatie als uitgangspunt hadden, maar zich ook staande konden houden als autonome werken. De ontwerpers gingen hierin uit van hun observaties tijdens de manifestatie, maar reflecteerden eveneens op diens thema en de geschiedenis van Castrum Peregrini als onderduikadres, uitgeverij en kunstinstelling. De thema’s verbondenheid en vriendschap kwamen op deze manier uitgebreid aan bood: er was bijvoorbeeld een beeld dat doet denken aan een deel van een ansichtkaart, waarvan slechts een deel uit een groter geheel is te zien. Refererend aan de geschreven verbondenheid tussen personen die locatie en moment overstijgt in combinatie met de pittoreske locatie aan de Herengracht als visueel element. Door de tijd heen is de betekenis van deze locatie veranderd, maar qua uiterlijk lijkt de tijd hier te hebben stil gestaan. Voor een andere poster hebben zij hun aantekeningen van de keynote lecture van Peter Sloterdijk gebruikt. De woorden die het begin van de manifestatie inluidden hebben zij uitvergroot. Deze omvatten misschien wel het hele thema en diens betekenis samengevat in een enkele zin: If I do not think about I know what it is, If I think about it I don’t. Een tweede poster toont een aantal verticaal gepresenteerde ondertitels van momenten uit de film The Flat (van Arnold Goldfinger getoond op 3 mei) die tezamen een geheel nieuw narratief vormen dat ietwat surrealistisch aan doet en ver van de inhoud van de film staat. Een kijk vanuit het verleden op vandaag, in de vorm van een beeld dat zicht geeft op de tentoonstellingsruimte vanuit het ondergelegen archief. Op deze manier wordt de verbinding tussen de geschiedenis en diens materiële overblijfselen als letterlijk onderliggend fundament en basis van de hedendaagse werkzaamheden zichtbaar gemaakt. Te zien is het archief zelf, de trap en een onderdeel van het werk van Alon Levin. Verbondenheid tussen de verschillende tijden, werkzaamheden en vormen van Castrum Peregrini, gevangen in een enkel beeld waarin je via de trap vanuit vroeger naar nu kijkt. Rietveld Observations bestond uit een kort vraaggesprek tussen Castrum voorman Michael Defuster en de twee ontwerpers, omringd door een select groepje aanwezigen. Een korte uitleg over de impressies van de ontwerpers met betrekking tot de manifestatie volgde, maar zoals het goed werk betaamt, spreken de beelden meer dan woorden.

SONY DSC

Friendly Enemies in Arti

Friendly Enemies. Tot elkaar veroodeeld.

door: Vincent van Velsen

Symposium – Diner op 26 mei 2013 in Arti et Amicitae

i.s.m. partners De Appel en Arti et Amicitae

Dat het niet vreemd is dat kunstenaars en curatoren vaak vrienden zijn is niet opzienbarend, de meeste contacten worden nou eenmaal tijdens werktijd opgedaan. Dat vriendschap de verhoudingen tussen kan beïnvloeden en daardoor invloed heeft op de werksfeer is ook niet heel vreemd, maar wel interessant om te onderzoeken wat de consequenties hiervan zijn.

SONY DSC

Bahram Sadeghi

De avond begon met een tekst van Ann Demeester over het vraagstuk van Friendly Enemies, een term die zij zelf in de gelijknamige film (2005) van Danila Cahen (2005) heeft geïntroduceerd. Eerder schreef Ann Demeester de column ‘Raak nooit bevriend met een kunstenaar’ voor DeVriend, het magazine dat bij My Friend. My Enemy. My Society. verscheen, (klik hier voor Demeester’s column ).

De film Friendly Enemies was de initiële uitgangspositie van de avond bij Arti et Amicitae, waarin de (mogelijk problematische) verhouding tussen kunstenaars en curatoren centraal staat. Met het door de manifestatie My Friend My Enemy My Society extra toegevoegde ingrediënt ‘vriendschap’ ging de avond in op diens invloed op de werkverhouding.

Na Ann Demeester’s tekst en fragmenten uit de film Friendly Enemies was het tijd voor het diner in Arti. Nadat iedereen het toetje had gegeten werd het symposium voortgezet. Bahram Sadeghi ondervroeg verschillende vriendenkoppels uit de kunst over hun vriendschap en hoe dit hun werk beïnvloedt.

In het eerste gesprek, dat werd gevoerd met Maria Barnas (schrijfster en beeldend kunstenaar) en Danila Cahen (filmmaker en curator) kwam de balans tussen vriendschap en werk gelijk aan de orde. Sadeghi vroeg hen naar de tentoonstelling Shapeshifting die de spil vormde tijdens de manifestatie My Friend My Enemy My Society. In deze tentoonstelling is Maria Barnas niet alleen de curator, maar ook als kunstenaar aanwezig. Tevens is haar partner, Felix Weigand, met een werk vertegenwoordigd. Hetzelfde geldt voor de zus van Danila, Daya cahen. Over de overwegingen van deze keuzes waren zij vrij kort. Het had een hoger doel: een goede expositie maken. Dat hun kennissen – en zij zelf – goed in het thema passen heeft volgens hen te maken met het hebben van overeenkomstige interesses, maar ook met het praktische aspect dat ze dat werk goed kennen. Verder ging het gesprek over de tendens binnen de samenleving waar de tentoonstelling uit voort is gekomen: groeiende onverdraagzaamheid en formele restricties die verhoudingen en omgang bemoeilijkt. Het inlevingsvermogen, en de welwillendheid, van de burgers jegens elkaar is het afgelopen decennium hard achteruitgegaan. De onvrede en systematiek die hier aan ten grondslag ligt wilden zij in de expositie uitbeelden, vatten en duiden.

Het tweede panel bestond uit fotograaf Popel Coumou, schrijver en curator Alexander Mayhew en kunstenaar-curator en organisator van de avond Tatjana Macic. Voor de laatste was, onder het mom ‘if you can’t beat them, join them’ de afhankelijkheid die zij ervoer als kunstenaar de reden om zelf curator te worden. De rol van beide partijen binnen de wisselwerking werd besproken, waar de een iets maakt en de ander het uitlegt en de relatie met een groter geheel kenbaar maakt. Ook de galeriehouder kwam in deze context langs, deze heeft weer een andere functie in het geheel, maar uiteindelijk draait het allemaal om vertrouwen. De kunstenaar in de curator het werk juist te behandelen en te plaatsen; de kunstenaar in de galeriehouder de werken juist te presenteren en de juiste persoon of instelling (koper) voor het werk te vinden. Aan de andere kant dienen curatoren en galeriehouders te bewijzen dit vertrouwen waard te zijn. Er is meestal sprake van een vertrouwensband die zich net voor vriendschap bevindt, omdat er ook een zakelijk aspect is. Hoewel er vaak vriendschappen uit een samenwerking voortkomen, was dit panel van mening dat het not-done is om over vrienden te schrijven of deze te cureren. Toch kan vriendschap ook goed zijn, omdat kennis en vooral eerlijkheid van groot belang is bij het beoordelen van werk – en in vriendschappen is eerlijkheid de belangrijkste voorwaarde.

Deze eerlijkheid, samen met loyaliteit, is ook van groot belang binnen de vriendschap van kunstenaar Maria Pask en curator Frederique Bergholtz. Beiden houden er slechts ‘a couple of friends’ op na, wat hun band des te specialer maakt. Ze praten veelvuldig over kunst, maar soms is het ook fijn om in stilte een handeling te delen. Zo gingen ze samen bij een pottenbakclub om terug naar de basis van het kunstenaarschap van Maria Pask te gaan – wat, achteraf, voor haar tot een volgende stap in haar werk heeft geleid. In hun vriendschap zijn ze gelijkwaardig, maar als het gaat om financiële waardering van haar professie is het Bergholtz die de boventoon voert; zoals het eigenlijk altijd gaat in de verhouding tussen kunstenaar en curator. Het betrekken van vrienden bij werk kan volgens hen wel degelijk, zolang je maar professioneel blijft. Het vermogen van het kunnen uiten en incasseren van kritiek, ook binnen een vriendschappelijke sfeer die doorloopt in de werksfeer is hier onderdeel van: dit vermogen ontwikkeld zich met de jaren, als volwassenheid.

Uiteindelijk kwamen de verschillende sprekers samen met het publiek tot de conclusie dat kunstenaars eigenlijk helemaal geen curatoren nodig hebben, maar dat het systeem zo werkt. Ook binnen kunstenaars-collectieven is er altijd iemand die het geheel overziet en aanvragen voor het grootste deel schrijft; als een kunstenaar een tentoonstelling samenstelt wordt er toch gesproken over curator; bij instellingen werken curatoren; en galeries hebben galeriehouders. Met hen moet noodgedwongen samengewerkt worden als een kunstenaar wil tentoonstellen of verkopen. Tegelijk zijn kunstenaars niet te vervangen: want zij geven de (materiële) inhoud aan de tentoonstellingen. Dat is de reden dat ze tot elkaar zijn veroordeeld.

zie: http://www.deappel.nl/exhibitions/e/841/

zie: http://www.arti.nl/

SONY DSC SONY DSC  SONY DSC SONY DSC SONY DSC SONY DSC SONY DSC SONY DSC

Een Zwijgend Verbond

De Briefwisseling – de LP van de Literatuur

ism: SLAA

door Vincent van Velsen

Schrijvers schrijven brieven aan elkaar. Een handeling die een logisch gevolg is van hun occupatie. Peter Sloterdijk gaf in zijn openingslezing al aan dat boeken dikke brieven aan vrienden zijn. Er zijn vele briefwisselingen tussen bekende schrijvers in boekvorm gepubliceerd, zodat men kan spreken van een literaire traditie. Dezer dagen schijnt die weer terug te keren, zoals de LP in de muziekwereld. Het handschrift, de intimiteit en de rust die de brief – in tegenstelling tot de e-mail – behelst, was uitgangspunt van de avond georganiseerd door de SLAA.

Na de introductie van het onderwerp door moderator Jeroen van Kan lazen Christine Otten en Asis Aynan elkaar hun brieven voor. Hun vriendschap is pril en de brieven vormen het begin van een diepere kennismaking die voortgaat op enkele eerdere ontmoetingen. De basis van hun verbinding werd door Christine Otten gelegd in hun overeenkomstige achtergrond: los van hun etnische verschillen hebben beiden een opwaartse sociale mobiliteit ondergaan. Otten voelt zich als een immigrant tussen de ‘Oud-Zuid schrijvers’, een gevoel dat ze denkt te delen met Asis Aynan. Ze schreef een boek over The Last Poets, het New Yorkse collectief van dichters met wortels in de Afro-Amerikaanse burgerrechten beweging uit de jaren ’60. Ook met hen deelde ze overeenkomstige levenservaringen, zoals bij de relatie met haar vader. Ook Aynan vertelde over de relatie met zijn vader en de ongeletterde, orale traditie waarin hij opgroeide. Otten hoorde dit voor het eerst, omdat Aynan’s antwoord op haar brief deze avond voor het eerst kenbaar werd gemaakt. Daarnaast ging Aynan in op de ‘strijd’ van de tweede generatie Marokkaanse immigranten die leven met de druk van het succesvol moeten zijn terwijl zij tussen twee werelden in leven, met een fluïde definitie van identiteit, voor een groot deel geprojecteerd door anderen als last op hun schouders. Aynan heeft de capaciteiten hier goed mee om te gaan en anderen hierover te informeren door middel van zijn boeken en docentschap. Niettemin ondervroeg hij of de gemene deler die basis van de nieuwe vriendschap zou moeten vormen – hun gelijke achtergrond en overeenkomstige levensloop – wel echt aanwezig was, en of deze daadwerkelijk genoeg overeenkomsten vertoonde. Deze vraag zal als basis dienen voor het antwoord van Christine Otten. Deze briefwisseling kan in een vriendschap resulteren, maar ook zeker op korte termijn aan zijn einde komen.

Een vriendschap die zich al in een stabiele fase bevindt is die tussen Rob Waumans en Ivo Victoria. De twee schrijvers werken al een tijd samen, maar spreken elkaar ook veelvuldig in de privésfeer. Hun gedeelde interesses en het feit dat ze zich grofweg in dezelfde fase van hun schrijverscarrière bevinden is hun binding. Literatuur, familie en voetbal – in deze volgorde – vormen de pijlers van hun vriendschap en van hun uitgeprinte – niet met de hand geschreven – brieven. Ook in hun gesprek kwam de relatie met hun ouders aan bod. Andere onderwerpen waren hun eigen ouderschap en het ouder worden. Saillant detail was de grote hoeveelheid overeenkomsten van hun onderwerpen en de zaken die hen bezig houden. De binding en vriendschap was alleen hieruit al duidelijk af te leiden. In het korte gesprek met Jeroen van Kan dat op hun voorleesbeurt volgde, waren zij het eigenlijk altijd wel met elkaar eens, behalve over voetbal: Ajax en PSV zijn nou eenmaal niet te verenigen.

De laatste spreker was alleen. Maar de schrijver, dichter en criticus Rob Schouten kan het goed zonder vrienden af. Hij begon met een anekdote over het interview dat Matthijs van Nieuwkerk met hem hield in de vroege jaren ’90. Schouten had toen net een aanstelling aan de VU, waar hij les gaf in literaire kritiek. De jonge Van Nieuwkerk eiste dat Schouten zich negatief positioneerde tegenover de vriendschappen tussen critici en schrijvers; dit zou volgens Van Nieuwkerk de kritiek niet ten goede komen. Des te interessanter dat met het oog op de dagelijkse publieke Tell-Sell voor zijn vrienden, Van Nieuwkerk ooit wel waarde hechtte aan objectieve, goede en autonome journalistiek. Schouten stelde tijdens de avond dat kennis van een persoon ook kan leiden tot een betere analyse van een werk en de betekenis die er in besloten ligt. De criticus hoeft niet in ballingschap te leven om goede kritieken te kunnen schrijven. Was er vroeger het café, nu is er Facebook. Hierdoor is het contact met iedereen uit de literaire scene dichterbij dan ooit. Met slechts een enkele muisklik zijn alle familiefoto’s en statusupdates te zien en weet je wat iemand beweegt. Dit heeft invloed op de kritische blik, hoewel Schouten niet helemaal kan duiden in welke mate precies. Zijn overdenkingen nam hij mee in de laatste discussie, waar alle voorgaande sprekers bij elkaar zaten om over het onderwerp na te spreken. Dit verwerd helaas in een gesprek over de omgang met Facebook, en ging verder niet serieus in op literaire vriendschappen en briefwisselingen.

De avond was aangenaam en gemoedelijk; zoals dat bij vrienden gaat. Hier en daar verviel het tot een intra-referentieel gesprek tussen vrienden, maar het was mooi te horen hoe er weer de tijd genomen wordt om een serieus geschreven gesprek aan te gaan en onderwerpen in diepte te beroeren die niet zo snel tijdens de koffie aan bod komen. Rust en diepgang belichaamt door een oud fenomeen dat aan een comeback bezig is: de briefwisseling.

28 mei 2013 – De Balie

Wie zijn wij – wetenschappelijke Proeverij

Wetenschappelijke Proeverij

7 mei 2013

door Vincent van Velsen

IMG_4161

7 Mei presenteerde kunsthistorisch tijdschrift Simulacrum haar nieuwste nummer genaamd Wie zijn Wij? Speciaal in het kader van My Friend My Enemy My Society gaat deze editie in op de positie van personen binnen een netwerk en binnen een vriendschap. In de kunstwereld, waarin je een instelling betaalt om vriend te mogen worden, lijkt vriendschap een zakelijke verhouding die strikt gebaseerd is op mutual benefits. Echter, tussen de kunstenaars is er veelvuldig sprake (geweest) van vriendschappen, die zich uitten in collectieven en invloedrijke stromingen . Tegelijk zijn er ook kunstwerken die vriendschap op velerlei manieren uitbeelden. Wie zijn Wij? gaat over de relatie met kunst, toeschouwer, liefhebber en maatschappij en over allerhande andere uitingen van vriendschap in de maatschappij.

IMG_4196

Het programma van de avond bestond uit drie lezingen die werden afgewisseld door een muzikaal intermezzo van Remco Jacobs. De veelbesproken en -bekeken serie Girls en de betekenis en uitbeelding van vriendschap tussen vrouwen in de populaire cultuur was onderwerp van de eerste lezing. De eerste vrouwenvriendschap in de literatuur is aanwezig in het boek The Group (1963) van Mary McCarthy. Tegenwoordig is het een geaccepteerd thema dat veelvuldig gebruikt wordt. Sex & the City is hoogstwaarschijnlijk de bekendste, het nu populaire Girls de laatste. De veelgemaakte vergelijking tussen de twee series was het uitgangspunt van Sietske Roorda. Beide series gaan over vier vriendinnen, maar de intensiteit van de vriendschap verschilt significant. Waar de vriendinnen in Sex & the City een gesloten bolwerk vormden en (bed)partners, ouders en andere vrienden nauwelijks toelieten, bestaat de vriendschap binnen Girls uit een lossere relatie. De afstand tussen de vriendinnen is groter, waardoor er ruimte wordt geboden aan andere individuen om een rol te spelen. De gehele kennissenkring krijgt meer toegang tot de individuele vriendinnen waardoor er de mogelijkheid ontstaat om alle personages uit te diepen, in plaats van een presentatie van een breed scala aan eendimensionale bijrollen. Ik ben zelf echter van mening dat alle karakters oppervlakkig zijn en te vluchtig geïntroduceerd en weer de serie uit geschreven worden. Dit geldt zowel voor de hoofd- als bijrollen: Girls is een aaneenschakeling van terloopse verhoudingen met een te korte concentratieboog om diepgang te bewerkstelligen – dit uit dan wel weer de hedendaagse omgangscultuur. Roorda komt tot de conclusie dat door dit terloopse aspect Girls realistischer is, maar Sex & the City blijft mooier: het ideaalbeeld van de eeuwige hartsvriendin.

Het geven van cadeaus valt ook onder vriendschappelijke uitingen. De tweede lezing ging over de geschenkpolitiek van Karel de Grote richting Paus Leo II. De symbolische betekenis van de objecten en de verhouding tot de manier waarop deze worden gepresenteerd aan diens ontvanger is onderwerp van het onderzoek van Diet Schlooz. Om de betekenis te achterhalen werd een vergelijking gemaakt tussen de manier waarop Karel geschenken aan een andere koning, Offa van Mercia, aanbiedt en hoe hij dit vervolgens aan de pas gekozen Paus Leo II – opvolger van Hadrianus – doet. Het essentiële verschil blijkt in de toon van de brief te liggen en het al dan niet expliciet noemen van de inhoud. Er wordt een onderdanige toon gebruikt als het niet nodig is om iemand op z’n plaats te zetten, omdat hij deze toch al kent. Daarbij wordt de superioriteit van Karel nog eens benadrukt door de geschonken materie zelf. Als het nodig is, in het geval van Leo II, dan wordt er expliciet duidelijk gemaakt wat het geschenk inhoudt en waarom het wordt geschonken. De geschenken en de bijgaande brief vertegenwoordigen Karel‘s macht en dienen als terechtwijzing voor de Paus. Een goede lezing over de verborgen betekenis van geschenken en de amicaliteit die zij uitbeelden.

Misschien wel de meest losse verhouding tot vriendschap zat in de laatste lezing, die daarom niet minder interessant was. Deze ging over de ‘vriendschap tussen natuurlijke vrouwelijk schoonheid en de extravagante couturestijl’. Onder de titel ‘Geen monster maar muze’ vertelde Shirley van de Polder over de visie en omgang van Maison Martin Margiela op/met deze relatie (in haar geschreven artikel doet zij dit met betrekking tot wijlen Alexander McQueen). Margiela stelt de onvriendelijke omgang met het vrouwenlichaam binnen de couture aan de kaak, bijvoorbeeld door middel van het spelen met proportie, het uitvergroten van details of hele kledingstukken en het gebruik van symbolische materialen. Daarnaast is zijn omgang met het ontwerperschap en de bijbehorende sterrenstatus een onderdeel van zijn aanvechten van de status quo: Margiela is anoniem. Het ontwerpteam bestaat uit gezichtsloze individuen en buiten het modehuis kan alleen gespeculeerd worden wie Martijn Margiela eigenlijk is. Ook de relatie drager/object kwam uitgebreid aan bod: Margiela speelt met de onnatuurlijke vormen van de paspop die normaliter een-op-een worden vertaald naar het levende lichaam van het model. De spreker was duidelijk gefascineerd door het onderwerp en wist dit over te brengen op het publiek.

Waar ik mij normaliter niet bezig houdt met een analyse van Girls, Karel de Grote of problematiek binnen de couture, was de serie lezingen in staat mij de gehele avond te boeien. De avond had een losse samenhang met vriendschap en verhoudingen als gemene deler. De losse samenhang wordt ook uitgebeeld door de nieuwe vorm van het magazine: een bundel blaadjes bij elkaar gehouden door een elastiek. Simulacrum, voor en door UvA studenten, onder leiding van scheidend eindredacteur Josephine Meijer, was precies wat de titel van de avond indiceerde: een wetenschappelijke proeverij.

IMG_4192 IMG_4194 IMG_4189 IMG_4193 IMG_4183

Straatdiner Vrijheid & Vriendschap

Vrijheidsdiner 5 mei 2013

Vriendschap gaat door de maag

door Vincent van Velsen 

foto’s: Simon Bosch

IMG_3869NEWIMG_4153NEW

 

 

 

 

 

 

 

Samen eten is belangrijk binnen vele vriendschappen, het moment van rust waneer er de tijd is om van alles te bespreken. Het Amsterdamse 4 en 5 mei comité heeft besloten om elk jaar mensen samen te brengen aan een eettafel, zodat de inwoners van de stad met elkaar in contact komen, hun persoonlijke geschiedenis delen en het samenzijn in vrijheid vieren. Gemodereerd door Gable Roelofsen (Het Geluid Maastricht) en met op de achtergrond feestende Ajax supporters en de helikopters die hen in de gaten hielden, begon het vrijheidsdiner in de Beulingstraat met een muzikaal element: Bauwien van der Meer begeleid door Ed Spanjaard. Tijdens de rest van de avond keerden zij nog een aantal maal terug op het podium om vriendschap en liefde te bezingen – de merel (Fred) op het dak van Castrum Peregrini vergezelde hen hierin. Bauwien van der Meer en Ed Spanjaard wisselden het podium af met de Veenfabriek, die delen van een briefwisseling tussen Theo van Doesburg, Kurt Schwitters en Evert Rinsema hadden getoonzet en voordroegen. De laatste is een schoenmaker uit Drachten, die samen met zijn broer Thijs een goede relatie onderhield met Dada en De Stijl kunstenaars. De brieven bevatten kunstgerelateerde overdenkingen die je met vrienden deelt.

IMG_3862NEW IMG_3940NEW

Voorafgaande aan de verschillende gangen was er steeds een toast. Na het welkomstwoord van Michael Defuster werden deze uitgesproken door Rosemarie Buikema, universitair hoofddocent Gender Studies aan de Universiteit Utrecht, de kunstenaar en schrijfster Charlotte Mutsaers en Sijbolt Noorda, de voorzitter van het Amsterdams 4 en 5mei comité  . De sprekers deelden hun kijk op het belang van vrijheid en vriendschap. Ook de bezoekers konden hun ideeën over deze thema’s kwijt: het tafelkleed diende als canvas voor deze gedachten. Kunstenaar Anne Verhoijsen vroeg de aanwezigen hun opvattingen over deze thema’s op het kleed te schrijven. Deze zal zij gebruiken en bewerken om tot een kunstwerk te komen dat aan het einde van dit jaar zal worden geveild bij Castrum Peregrini.

IMG_4003NEW IMG_3941NEW

Rosemarie Buikema, sprak over het laten voortleven van vrienden, Sijbolt Noorda over het uitwisselen van levensverhalen. Charlotte Mutsaers sprak over vrijheid, vertrouwen en vanzelfsprekendheid, het uitleggen doet te kort aan het concept en soms – zoals in het geval van Suske & Wiske, Kuifje & Bobby en Tom Poes & Olivier B. Bommel – doet het ook tekort aan de onuitgesproken inhoud. Daarnaast vertelde zij over een afbeelding aan haar muur. Hierop is de vriendschap tussen een mossel en een friet te zien; zoals zij beiden worden opgegeten, zijn wij allen verenigd in onze sterfelijkheid, maar op weg naar het einde is het fijn om in gezelschap van vrienden te verkeren.

IMG_4110NEW IMG_4061NEW

Vriendschap ging ook deze avond weer door de maag. Tijdens de manifestatie kwam al vaak naar voren dat samen eten en drinken een belangrijke rol speelt in de beleving en het opbouwen van vriendschap. De avond ging dan ook tot ver na het dessert door.

IMG_3990NEW IMG_4004NEW IMG_4030NEW IMG_4043NEW IMG_4045NEW IMG_4097NEW IMG_4087NEW IMG_4182NEW

Vriendschap in gebieden van conflict

Debat 11 juni 2013

Shared Humanity/Gedeelde Menselijkheid

i.s.m. Prince Claus Fund

PCF_logo_txt_NL_zwart

door Vincent van Velsen

Onder de titel Friendship in Areas of Conflict lieten drie deskundigen hun licht schijnen op de omgang met, en de betekenis van vriendschap in gebieden van conflict. De behandelde gebieden waren Kameroen, de Filipijnen en de wereld van de diplomatieke bemiddeling, die respectievelijk door George Ngwane, Liza Largoza Maza  en Fleur van Ravensbergen werden besproken – onder moderatorschap van Andrew Makkinga die door zijn achtergrond een persoonlijke band had met het onderwerp.

Who wants to live in a society where you cannot have a good friend?

George Ngwane bemiddelde onder andere op het Bakassi schiereiland dat tussen Nigeria en Kameroen ligt. De grondslag van het conflict zelf liet hij onbelicht, maar hij ging in op zijn handelswijze als het gaat om conflict solving. Als gevolg van jarenlange repressie trekken personen zich terug met het gevolg dat ze nauwelijks spreken en het voor hen onmogelijk wordt om nog iemand te vertrouwen. Bij het oplossen van conflicten is praten essentieel, met name het delen van standpunten, maar ook van ideeën en achtergronden. Het oplossen kan alleen indien alle partijen er op vertrouwen dat een ieder zich aan het overeengekomene houdt. Tijdens zijn lezing haalde Ngwane Nelson Mandela meermaals aan, omdat hij, los van alle problemen, open stond voor een gesprek met iedereen. Niet op basis van de geschiedenis, of etnische achtergrond, maar gericht op de toekomst waarin samengeleefd moet worden met het aspect dat iedereen altijd bindt: menselijkheid. Ook is het belangrijk dat de oplossing voortkomt uit de eigen gebruiken en er geen standaard mechanismes van buiten worden geprojecteerd op het conflict.

Op het Bakassi schiereiland werden ook de lokale gebruiken aangesproken. Het gesprek onder de boom, waar mensen samenkomen om te praten en niet weg gaan voordat er een oplossing is gevonden, is een voorbeeld vanhet toepassen van lokale gebruiken om een samenleving bij elkaar te houden en de gemene deler in stand te houden. Een ander voorbeeld uit dat gebied was het bestaan van een gedeelde spaarpot voor moeilijke tijden, die ervoor zorgt dat iedereen te eten heeft. Bij conflicten is het essentieel dat er wordt gericht op wat mensen gemeen hebben en niet op de verschillen. Er bestaat geen conflictbestendige (conflict proof) samenleving en soms zijn conflicten niet negatief, het is een noodzakelijk kwaad om herinnerd te worden aan de waarde van het samenzijn. Doch blijft het motto gelden: Master the conflict, don’t let the conflict master you.

Pakikipagkaibigan

De tweede spreker, Lisa Maza, had een geheel ander uitgangspunt, maar deelde de focus op het belang van taal. Zij gaf een analyse van de Filipijnse taal waarin het concept vriendschap op zo een manier zit ingebed dat solidair samenleven mogelijk wordt gemaakt. Hoewel de hoge frequentie van ingewikkelde woorden de luisteraars soms wat buitensloot, legde Maza duidelijk uit dat voor Filipijnen solidariteit en menselijkheid van groot belang is. De sequentiële koloniseringen hadden eigenlijk negatieve gevolgen voor het Filipijnse wereldbeeld moeten hebben, maar het volk heeft vastgehouden aan hun (taalkundige) traditie met aandacht voor menselijkheid. Daarbij gaf zij aan dat er geen liefdadigheid nodig is, maar solidariteit,een wezenlijk verschil in de omgang met de mens: als gelijke, niet als ondergeschikt project. Geen goedbedoelde integratie van externe waarden, maar gelijkwaardigheid van culturen waarin de gemeenschap boven individuele belangen staat en vriendschap verankerd is in taal.

Politieke Vrienden

Fleur van Ravensbergen bemiddelt in conflicten, van gewapende rebellen in Kongo via Irakese disputen naar het ontwapenen van splintergroeperingen van de IRA in Ierland. Het grote deel van de gevallen waarin Fleur Ravensbergen bemiddelt halen het nieuws niet, maar ze zijn wel degelijk schrijnend en van grote invloed op de lokale samenlevingen. Van Ravensbergen begon haar lezing met een historisch-filosofisch kader waarin zij onder andere Cicero aanhaalde: vriendschap is het beste willen voor een ander (good virtue).In haar werk is vriendschap echter een problematisch aspect. Het is belangrijk om vertrouwen op te bouwen en kennis op te doen, maar vriendschap is eigenlijk een stap te ver, doordat dit kan leiden tot partijdigheid of het vertrouwen van een andere partij kan schaden. In het aansluitende gesprek met het publiek werd geopperd dat een verandering van machtsverhoudingen ook de betekenis van vriendschap kan veranderen, waardoor de vraag rijst ofechte vriendschapin het politieke domein wel mogelijk is? Rebellen worden soms politici. Politiek is slechts een andere manier van vechten voor je principes of overtuiging. Ngwane vroeg aan Ravensbergen om het politieke aspect mee te nemen. Regeringen en wetgevers kunnen de context scheppen waarin repressief geweld kan aarden en soms als geoorloofd wordt geacht – het is niet altijd de uiting in materieel of lichamelijk geweld dat de essentie van een probleem is Extreme situaties leggen de essentie van de mens en maatschappij bloot.

Debate on Friendship in Areas of Conflict

George E. Ngwane is schrijver, dichter, vredesactivist, onderwijskundige, politiek analist, Pan Africanist en oprichter/directeur van AFRICAphonie. Ngwane vertelde over het Peace Project, een cultureel project dat door middel van dans, muziek en sport inwoners van drie dorpen op het Bakassi schiereiland bij elkaar bracht, een latent conflictueus gebied op de grens tussen Kameroen en Nigeria,.

Liza Largoza Maza is een feministische activiste en voormalig lid van het Filippijnse Congres (2001-2010). Ze is voorzitter emeritus van GABRIELA Women’s Alliance en speelde een cruciale rol in diens Purple Rose Campaign, waarin werd opgeroepen tot een einde aan de handel in vrouwen. Ze werd onlangs verkozen tot voorzitter van de International Women’s Alliance en is voorzitter van het bestuur van de We Govern Institute. Ze heeft ook bijgedragen aan What’s Cooking in the PHilippines, een publicatie over sociale kwesties in de vorm van een kookboek – dat werd ondersteund door het Prins Claus Fonds.

Fleur Ravensbergen bemiddelt bij operaties van de Dialoog Advisory Group (DAG). De Dialoog Advisory Group (DAG) helpt overheden, inter-overheden en NGO’s om politieke dialogen aan te gaan op nationaal en internationaal niveau met als doel het verminderen van gewelddadige conflicten en het vormen van stabiele samenlevingen.

SHAPESHIFTING en De AVONDEN

vernissage SHAPESHIFTING (t/m 23 juni)

live radio uitzending van VPRO’s De Avonden vanuit SHAPESHIFTING

donderdag 25 april

door: Vincent van Velsen

IMG_3485  IMG_3496

Een bijeenkomst van oude en nieuwe vrienden. De vernissage van My Friend My Enemy My Society bracht een groot aantal mensen richting Castrum Peregrini.

 

De opening van de expositie Shapeshifting en de officiële lancering van het magazine De Vriend luidden het begin van de  twee maanden durende manifestatie in. Ingaande op het thema van de manifestatie ‘Vriendschap’ biedt het magazine een beschouwing op verschillende onderwerpen gerelateerd aan dit thema, en geeft daarnaast een inleiding op en theoretische onderbouwing van verschillende projecten die de komende twee maanden zullen plaatsvinden. De Vriend is op zaterdag 20 april 2013 meegesealed bij de PS van het Parool en 7 mei mee gegaan naar de abonnees van Kunstbeeld #5.

IMG_3355

 

De expositie Shapeshifting, samengesteld door curatoren Danila Cahen en Maria Barnas, kan gezien worden als de donkere kant van het thema Vriendschap en gaat in op ideeën over angst, macht en wantrouwen. Hoewel dit de kernwaardes zijn van de liberale samenleving die Hobbes formuleerde, zullen andere onderdelen van de manifestatie zich richten op de inhoud alsmede de positieve en sociale kanten van vriendschap, de maatschappij en samenleven in het algemeen. Juist omdat Castrum Peregrini hier zijn basis en geschiedenis vindt: cultuur, vrijheid en vriendschap vormen de kernwaarden van de intellectual playground aan de Herengracht.

IMG_3566 IMG_3554

De vernissage bracht deelnemers, geïnteresseerden en vrienden samen en werd afgesloten door VPRO’s De Avonden op locatie. Korte interviews met deelnemers en speciale gasten, waaronder de curatoren van Shapeshifting en particperende kunstaar Rob Schröder, dichter Henk de Waal, schrijfster Maartje Smits (hard//hoofd), theatermakers Bo Tarenskeen, Gable Roelofsen (Het Geluid Maastricht) en Paul Koek (Veenfabriek) en de schrijvers Dirk van Weelden en Manon Uphoff werden afgewisseld door muziek van The Vagary. Het motto van My Friend My Enemy My Society werd eer aan gedaan:

Dieser Glaube an der Anderen ist der Glaube an das zukünftige Miteinandersein, in dem er sich bewähren soll. Nicht die Bewährung selber, sonder der notwendige Glaube an sie, ohne den jedes Miteinandersein unmöglich würde, ist konstitutiv für das Bestehen des genus humanum.“ – Hannah Arendt

Sweet Dreams

Filmscreening

27 april 2013

in het kader van My Friend. My Enemy. My Society.

i.s.m. Prince Claus FundPCF_logo_txt_NL_zwart

 

door Vincent van Velsen 

Wat doe je als de recente geschiedenis de hele samenleving van vandaag in haar greep houdt? Je creëert een plek voor mensen om samen te komen en gebruikt een manier van communicatie waarbij problemen en hun nasleep niet uitgesproken dienen te worden, maar er wel weer contact is tussen de voorheen strijdende partijen. Dit is de essentie van de film Sweet Dreams van Rob en Lisa Fruchtman waarin het verhaal van de ijswinkel Inzozi Nziza en het drumensemble Ingoma Nshya wordt verteld. De oprichter en initiator van beiden is Odile “Kiki” Katese, zij was aanwezig bij de vertoning van deze film tijdens een avond (27 april 2013) die eindigde in een gesprek tussen het publiek en deze drijvende kracht achter de ijswinkel en het ensemble.

 BUT_4999 BUT_5005

De nasleep van de genocide van 1994 in Rwanda is nog steeds aanwezig in het dagelijks leven van haar inwoners. Iedereen heeft er iets mee te maken gehad: de wezen, de weduwes, de daders en zij die zich zoveel mogelijk afzijdig hielden. Verder gaan zonder dat het boetekleed expliciet aangetrokken dient te worden lijkt de manier om verzoening te bewerkstelligen. Maar iedereen draagt uiteindelijk toch iets van de geschiedenis met zich mee, in een land waar geen geschiedenisles wordt gegeven om niemand negatief te bejegenen.

BUT_5006

Een manier om verder te gaan en mensen bij elkaar te brengen werd gecreëerd door Kiki Katese. Zij begon een drumband bestaande uit vrouwen. Deze Rwandese traditie leek in de vergetelheid te raken, maar zij wist deze met haar Ingoma Nshya, te vertalen als ‘nieuw regime’ én ‘nieuwe drum’ weer nieuw leven in te blazen – en de leden hoop voor de toekomst te geven. De drum is traditioneel voorbehouden aan mannen en daarmee nauw verbonden met specifieke rituelen die onder anderen troonswisselingen aankondigen. In een samenleving die merendeels uit vrouwen bestaat – de genocide heeft grote aantallen mannen weggenomen – werd er al steeds meer ‘mannenwerk’ door vrouwen gedaan, simpelweg omdat het niet anders kon. In deze context was het ook voor Ingoma Nshya mogelijk een voet aan traditionele grond te krijgen – zelfs met steun en zegen van president Kagame.

 

In het verlengde van de drumband ligt een ijswinkel in Kigali die de film ook zijn titel verschaft: Inzozi Nziza (‘zoete dromen’). In Rwanda was ijs slechts bekend uit films, maar nog niet fysiek aanwezig. Kiki besloot om in samenwerking met de in Brooklyn, New York gevestigde ijssalon Blue Marble haar vrouwen een plek te geven waar zij en anderen konden samenkomen Het hele proces van opzetten moest ook als inspiratie dienen; voor deze en andere vrouwen hoe het is om samen iets op te bouwen. De documentaire toont het het proces met ups en downs dat uiteindelijk in een succes uitmondt, met de ijswinkel als metafoor voor de samenleving.

 BUT_4995 BUT_4996

De ups en downs zijn een gevolg van de Hollywood-achtige ingrepen van Rob en Lisa Fruchtman die de documentaire van een aantal onnodige spanningsboogjes hebben voorzien: de biografische achtergronden van de verschillende leden van het drumensemble behoeven niet met extra drama aangezet te worden. Dit zijn de enige minpuntjes binnen een indrukwekkend verhaal over de geschiedenis, de nasleep van genocide en de hoop voor de toekomst van Rwanda.

 

Tijdens het aansluitende gesprek onder leiding van Onno Warns (programmamaker van het Humanity House Den Haag) lichtte Kiki haar volgende project The Book of Life toe. Kiki gaf aan dat ze nu eens niet op de strijd tegen HIV, of op de strijd tegen gewapende conflicten wilde focussen, maar op een een strijd vóór iets; zijnde vreugde, samenzijn en de toekomst. The Book of Life gaat uit van dit principe: niet vertellen dat iemand dood is, maar vertellen hoe iemand leefde en hoe het is om nu te leven; in de vorm van een brief naar een overledene. Iedereen kan hier aan deelnemen, zodat de geschiedenis van het land vastgelegd zal worden – wat tegelijk als therapie en biecht zal dienen. Het verhaal van Rwanda zal dan niet meer van buitenaf worden ingebracht en geprojecteerd, maar zal door de Rwandezen zelf worden gemaakt én worden opgeschreven. Dit kan alleen samen. In de woorden van president Kagame: People who do not stay together, do not stay peaceful.